EEN REIS IN BOLIVIA 1988
woensdag, 24 augustus
Voor de laatste keer bestelden wij ons broodje ei met koffie als ontbijt. We pakten onze plantjes in en om tien uur zaten we al klaar. Het lange wachten begon, want we moesten pas om half een op het vliegveld zijn.
We kwamen daar ruim op tijd aan en dachten op een bord te lezen, dat het vliegtuig
pas om kwart over drie zou vertrekken. Dat was echter een vergissing. Pas een uur
later ontdekte ik, dat een aantal letters van het bord was weggevallen: het vertrek
zou pas om vijf uur moeten plaats vinden, dus werd het kwart voor zes. Ik had het
genoegen naast twee Boliviaanse collega's te zitten, met wie zich een aardig gesprek
ontwik kelde, o.a. over mijn inkomen. We hadden overigens een schitterend uitzicht
op de Andes ondanks de vallende schemering. Ook La Paz met zijn verlichting was
fascinerend. We zagen zelfs nog een glimp van het Titicaca-
Op het vliegveld van La Paz ontmoetten we een Nederlandse vrijwilliger, die ons een aantal interessante dingen wist te vertellen: een week eerder was er geen enkel vliegtuig voor binnenlandse vluchten gebruikt, omdat ze allemaal defekt waren en er gebeuren erg veel ongelukken met bussen. We hadden ineens het gevoel, dat we veel geluk gehad hadden.
Bij het vliegveld stonden weer heel wat taxi-
We kwamen weer in het Milton hotel.
donderdag, 25 augustus.
In het Milton kregen we voor het eerst sinds lange tijd een ontbijt in de vorm van brood met margarine. Om half negen vroegen we in hotel het kantoor van Varig op te bellen om er zeker van te zijn, dat onze terugreis geconfirmeerd was. Er werd niet opgenomen. Daarom leek het ons niet onverstandig om er zelf maar eens heen te gaan. Iets na negen uur arriveerden we er. Het kantoor bleek om negen uur te openen. En zie, om kwart over negen kwam er voor de vierde keer in vijf minuten een dame binnen, die de klanten hielp, in dit geval ons. Er waren dan ook geen
35