EEN REIS IN BOLIVIA 1988
Tijdens de reis hebben we aan het raampje gekluisterd gezeten. We reden over een
keurig verharde weg richting Ururo. De Altiplano is vrij vlak en vrijwel overal in
kultuur gebracht. De akkertjes lagen geploegd te wachten op de regenval. De regentijd
begint vaak in september-
Het is bekend, dat hier llama's voorkomen. Pas na een uur zagen we ze. Inmiddels brak de zon weer door en steeg de temperatuur snel.
Wij hadden gehoopt na de Altiplano snel af te dalen van 4000 m naar 3000 m, want
we hadden nog steeds wat moeite met de ijle lucht. Het bleek echter anders te gaan.
Na de Altiplano kwamen we op een zand-
Daarna ging het verder. We daalden af tot 3900 m en zagen op km 96 de eerste zuilcactussen. Daarna stegen we weer en was er geen zuilcactus meer te zien. Vanaf km 65 daalden we weer en nam het aantal cactussen toe. Een aanduiding van een plaats wordt vaak gedaan door b.v. "km 65", wat in dit geval betekent, dat we nog 65 km van Cochabamba af waren.
In Cochabamba aangekomen werden we bestormd door taxichauffeurs. Een van hen werd
uitgekozen. Hij was de gelukkige om ons naar een goedkoop hotel, "hotel barato" te
brengen. Het werd Hotel Las Vegas, dat toch niet zo voordelig was: Bs 40,-
Cochabamba heeft een aangename temperatuur. 's Middags kan het er behoorlijk warm
zijn, 's nachts daalt de temperatuur flink, maar we hebben het daar niet koud gevonden.
Het is er druk en gezellig. We gingen meteen de stad in, want we voelden ons hier,
op 2800 m, kiplekker. In het centrum waren talloze reisbureau's.
We gingen eerst onze
retourvlucht confirmeren. Dat kon, maar we moesten dat later nog een paar keer doen:
"voor de zekerheid". Daarna zochten we het kantoor van "Rent-
6